Het aangepaste regeerakkoord heeft belangrijke gevolgen voor de hypotheekrenteaftrek. 

De tarieven in de tweede, derde en vierde belastingschijf blijven op het huidige niveau (respectievelijk 42%, 42% en 52%). De derde belastingschijf wordt verder verlengd van € 56.491 naar € 62.941. Hierdoor vallen mensen met een middeninkomen minder snel in het toptarief van 52%. Dit wordt bekostigd met de opbrengst van het beperken van de hypotheekrenteaftrek.

De situatie wordt nu dat de aftrekbare rente eerst alleen in de hoogste tariefschijf (inkomens boven de €56.000) wordt beperkt. Dit gebeurt vanaf 2014 met stappen van een half procentpunt per jaar. 

Huiseigenaren met inkomens die in de derde tariefschijf vallen - dus tussen de €33.000 en iets meer dan €56.000 - gaan in deze variant pas meedoen met de aftrekbeperking, als het aftrekbare tarief voor de hoogste inkomens is gedaald van 52 naar 42%.

Wel blijft voor zowel starters als bestaande huiseigenaren gelden dat ze bij het afsluiten van een nieuwe hypotheekleningen een constructie moeten kiezen, waarbij direct annuïtair of lineair wordt afgelost, als ze de hypotheekrente-aftrek willen behouden.