Veel verhuurders willen bij het aangaan van een huurovereenkomst dat de huurder financiële zekerheid stelt. Bijvoorbeeld in de vorm van een bankgarantie of een concerngarantie. Als de verhuurder het gehuurde vervolgens verkoopt, kan er discussie ontstaan of de garantie is overgegaan naar de nieuwe verhuurder. Deze vraag speelde onlangs bij de Rechtbank Amsterdam. Het betrof een bankgarantie volgens het model van de Raad van Onroerende Zaken (ROZ).

De zaak: huurder failliet en verhuurder claimt bankgarantie 
Ruim een jaar nadat de bankgarantie is gesteld, wordt het gehuurde verkocht. De nieuwe eigenaar wordt verhuurder. Weer een aantal jaar later gaat de huurder failliet en ontstaat er een huurachterstand. De verhuurder verzoekt de bank om het bedrag van de bankgarantie (ruim € 50.000) aan hem over te maken. De bank doet dit en crediteert daarna de bankrekening van de failliete huurder voor eenzelfde bedrag. Volgens de curator had de bank niet mogen uitkeren en moet het bedrag aan de boedel worden betaald.

De discussie: bankgarantie mee overgegaan?
De ROZ bankgarantie zegt dat deze overgaat op “rechtsverkrijgenden van de verhuurder.” Partijen twisten erover wat dit betekent. Volgens de nieuwe verhuurder betekent dit dat de bankgarantie bij de verkoop van het gehuurde mee is overgaan. De curator is het daar niet mee eens. Hij zegt dat dit niet automatisch gebeurt en dat de bankgarantie zelf ook aan de nieuwe verhuurder had moeten worden overgedragen.

De uitspraak: nieuwe verhuurder mag bankgarantie trekken
De curator vangt bot. De rechtbank oordeelt dat uit de tekst van de ROZ bankgarantie blijkt dat deze bij de verkoop van het gehuurde mee overgaat op de nieuwe verhuurder.

Het zou ook onwenselijk zijn als de huurder de bankgarantie bij een verkoop van het gehuurde afzonderlijk zou moeten overdragen aan de nieuwe verhuurder. Al is het maar omdat de huurder dan de mogelijkheid zou hebben om de verkoop te frustreren.

Het oordeel van de rechtbank doet dan ook recht aan de praktijk. Vanuit de positie van de curator bezien is het evengoed begrijpelijk dat hij een poging deed om de bankgarantie anders uit te leggen. Hij zal wellicht niet de laatste zijn die dat doet. In het huidige financiële klimaat waarin veel huurders het niet redden, komt deze uitspraak voor verhuurders dus niet ongelegen.

Irene Hofhuis is advocaat binnen de sectie Vastgoed & Overheid van Fort Advocaten. Irene is gespecialiseerd in het adviseren en procederen over huurrechtelijke, bouwrechtelijke en meer algemeen vastgoed gerelateerde kwesties. Zij werkt voor onder meer retailers, beleggers en makelaars.